20 / Vreemd luchtje

Augustus kan wel de boeken in als de meest productieve, en tegelijkertijd meest vermoeiende maand van 2016. Ik lees en tik me wezenloos. Justus en Chienny controleren, overleggen en adviseren. Het ene onderwerp na het andere passeert de revue, en ik begin me zo suf als een konijn te voelen. De traditioneel rustige zomermaand is veranderd in een achtbaan van acties en reacties. Het overzicht bewaren is nog wel de grootste uitdaging van alles, met een strak schema van in- en uitgaande post. “Het lijkt wel een bedrijfje”, gniffelen we als we voor de zoveelste keer deze maand bij elkaar komen. Zakelijk als altijd, meldt Chienny, “dat zo’n bedrijfje allang failliet zou zijn geweest, als je kijkt naar de hoeveelheid arbeid en de opbrengsten: nul of zelfs flink eronder door gebrek aan subsidie en onbetaald loon.”

“Ach, het is een soort omscholingscursus voor 45-plussers”, breng ik er tegenin. Het is enorm leerzaam om zo heftig geconfronteerd te worden met de politieke en ambtelijke werkelijkheid. Ons vertrouwen in de politiek was al niet denderend, maar is nu tot een dieptepunt gezakt. Waar de burger dus een beroep kan doen op de Volksbeschermers, blijkt dat een wassen neus. Stel je vragen, dan krijg je een nietszeggend of – nog vaker – geen antwoord.  Alles wat je beetpakt lijkt omgeven te zijn met een vreemd luchtje. Deze maand zeker.

Klachtenprocedure in Teut-city

Kort nadat wij de klachten tegen Snaky en de Volksbeschermers hebben ingediend over het desastreuze windturbineproces in Teut-city, ontvangen we een bevestigingsbrief van de klachten coördinator: begin augustus – na zijn/haar vakantie –  zou deze de klacht in behandeling nemen.

Het is inmiddels halverwege augustus, en het is nog steeds niet duidelijk of die klacht nu wel of niet is opgepakt, want we horen niets meer. Na wat speurwerk in allerlei overheidsprocedures hebben wij namelijk gelezen, dat een klacht binnen vier weken moet zijn afgewezen óf in behandeling is genomen.

In deze brief staat voor het gemak, dat een klachtenprocedure de nodige tijd vergt en zij van de gelegenheid gebruik maken om de afhandeling van onze klacht te verdagen. De klacht moet dan binnen tien weken na de verzenddatum van de brief zijn afgehandeld.

Tien weken: ook daar kijk ik inmiddels niet meer van op. Stuur je een WOB naar Teut-city, dan krijg je net voor het verstrijken van de officiële beantwoordingstermijn, standaard een brief, waarin ze de termijn met minimaal vier weken verlengen.

Maar in principe betekent het gebrek aan reactie dus, dat zij de klacht in ieder geval in behandeling hebben genomen, redeneer ik. Ongeduldig als ik ben, pak ik na het verstrijken van de vier weken, de telefoon om rechtstreeks contact op te nemen met de klachten coördinator van Teut-city, om te informeren naar de stand van zaken en hoe dit traject verloopt. Ze had van mij een ‘opstarttijd’ van twee weken gekregen na haar vakantie, en nu werd het toch tijd voor een reactie.

Het wordt een kort telefoongesprek. Ik vraag haar naar de status van de klachtenafhandeling, en hoe de procedure verder in elkaar steekt. Er valt een lange stilte en uiteindelijk een hakkelend antwoord: “Dit is een ongebruikelijke klacht. Hier moet ik op terugkomen, nadat ik heb onderzocht of deze klachten wel aan de voorwaarden van hoofdstuk 9 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) voldoen.” Ik vertel de Klerk in kwestie, “dat ik dit een vreemd antwoord vind, gezien de brief die al weken geleden is verzonden namens haar, waarin zij de klacht direct na de vakantie (1 augustus) in behandeling neemt. De vier-weken termijn is verstreken en ik moet nota bene zelf contact zoeken”. “U hoort zo spoedig mogelijk van ons”, krijg ik als laatste te horen.

Dat is een vreselijk zinnetje aan het worden: “u hoort zo spoedig mogelijk van ons”. Uitgevonden door de overheid om aan te geven, dat u voorlopig helemaal niets meer zult horen? Of iets wat u niet wilt horen? Of nooit meer iets zult horen? In het geval van de klachten coördinator betreft het de laatste twee: we horen vrij snel iets. Maar niet van de klachten coördinator; wel van Babbel, de Opper Wijze Leider van Teut-city, en nooit meer iets van de klachten coördinator in deze zaak.

Kort na het telefoongesprek met de klachten coördinator valt er een brief van Babbel op de mat over onze klachten. Hierin staat:

U heeft medio juli 2016 een drietal klachten ingediend tegen Wijze Leider Snaky en de Volksbeschermers. Met deze brief verdagen wij de beslissing op uw klachten op grond van artikel 9:11 lid 2 Awb met vier weken. De verdaging is noodzakelijk aangezien de Volksbeschermers en Wijze Leider Snaky op dit moment met zomerreces zijn. Zodra het reces is afgelopen wordt uw klacht onder de aandacht van de Volksbeschermers en alle Wijze Leiders gebracht en ontvangt u zo snel mogelijk van ons een reactie.

Hier klopt iets niet, besluiten Justus, ik en Chienny. Is Babbel nu opeens degene die de klachten behandelt? De klachten coördinator is plotseling van het toneel verdwenen. Die had er in eerste instantie al tien weken verdaging van gemaakt, moest vervolgens uitzoeken of de klacht klopte met hoofdstuk 9 van dat Wetboek, en opeens neemt Babbel het over, en verdaagt onze klacht met vier weken, terwijl het zomerreces inmiddels ook ten einde is. Gegoochel met verdagingen, verandering van spelers. Wat gebeurt hier?

Maar het allervreemdst is natuurlijk het feit, dat de klachten niet meer door een onafhankelijk orgaan worden behandeld, maar door de ‘aangeklaagden’ zelf. Dat bestaat toch niet? Waar dient een klachten coördinator dan voor? Wat is hier aan de hand? Gaan de Wijze Leiders en de Volksbeschermers zich nu echt buigen over klachten, die betrekking hebben over hun eigen functioneren? Het begint er op te lijken. We houden het er op, dat de Randdijkers weer niet serieus genomen worden. Afwachten maar even. Er loopt nog genoeg.

Kritische vragen aan Wijze Leiders Gewest Zuid

De vragen over die opmerkelijke ‘driehoeksverhouding’ van de bestuurders van het Natuur en Recreatieschap, Gewest Zuid en Teut-city met hun (drie)dubbele petten, liggen al weer even bij de Bejaardenpartij binnen Gewest Zuid.  Die waslijst met vragen is bedoeld om aan te tonen, dat er rare dingen zijn gebeurd in die ‘driehoek’ als het gaat om hun gezamenlijke antwoord, waarin zij blijven volharden, dat Randdijk al die tijd de enige locatie voor windturbines is geweest. Er ligt genoeg aan tegenstrijdigheden, en niet bepaald transparante, democratische besluitvorming om aan te tonen, dat dit niet waar is. Of om in ieder geval eens een keer antwoord te krijgen op onze vragen naar de waarheid over De Loosberg en het prestigieuze Energielandschap van Snaky.

De Bejaardenpartij is gelukkig akkoord met de inhoud van de vragen hierover,  en zij verwerken deze tot officiële vragen aan Foxy en consorten. Gelukkig heb ik weten te voorkomen, dat het oorspronkelijk aantal vragen flink werd teruggebracht tot slechts een paar kernvragen. Het gaat mij er juist om, dat ik met deze hele serie aan kan tonen, hoeveel en hoe vaak, er steeds verschillende antwoorden worden gegeven, in de loop der tijd. En dat de Klerken van Gewest Zuid zelf maar moeten gaan graven, wanneer ze welk antwoord hadden gegeven. Dat heb ik zelf immers ook moeten doen. En de uitkomst was niet fris te noemen.

De eindvraag die de Bejaardenpartij als uitsmijter toevoegt aan de officiële lijst, zet flink druk op de ketel bij Foxy en Ratty:

‘Delen de Wijze Leiders onze mening dat de hele gang van zaken tot op heden in dossier Randdijk dusdanige (juridische en bestuurlijke) onregelmatigheden vertoont, dat wij wellicht wel kunnen gaan spreken van de schijn van onbehoorlijk bestuur? Zo nee, dan graag een gedegen argumentatie waarom de Wijze Leiders van mening zijn, dat ze hebben gehandeld zoals een goed bestuur behoort te handelen.’

Op 23 augustus worden de vragen bij de Wijze Leiders van Gewest Zuid ingediend.  Wij bedanken de Bejaardenpartij hartelijk voor deze actie, waarmee zij opnieuw hun nek voor ons uit willen steken om de waarheid op tafel te krijgen. Wat het ook wordt, we zijn in ieder geval niet de enigen die van mening zijn dat de zaak stinkt.

Onverwachte wending voor Snaky

De afgelopen twee dagen heb ik de ongekende luxe mogen ervaren van het voorbereiden van onze vakantie. Ongekend, omdat dit de laatste tijd beperkt blijft tot het tussen de bedrijven door bij elkaar graaien van de spullen, en daarna bijna overspannen de auto inspringen. Ik heb zowaar na kunnen denken over de kleding die meegaat, de boodschappen voor de achterblijvende poezen en mijn lieve moedertje. Om ervoor te zorgen dat zij gezond eten binnenkrijgt, en geen dieet houdt van brood met jam, stort ik mij met overgave op het bakken van gehaktballen, die wel met smaak verorberd worden als ik er niet ben. Zelfs dat kan ik een keer zonder tijdsdruk doen. Heerlijk. Ik sluit met Justus de laatste dingen voor Randdijk kort en hij neemt de zorg voor onze thuisblijvers, de poezen, weer op zich. Het is bloedheet en ik maak me zorgen of de poezels het allemaal wel gaan redden in die hitte. Chienny trekt me de auto in en rijdt plankgas weg. “Vakantie!”, schreeuwt hij. “Nergens meer over nadenken!” Ik val als een blok in slaap, nog voordat we het land uit zijn. Doodmoe van alle dingen die ik heb moeten doen de afgelopen weken.

Zoals altijd hebben Chienny en ik de eerste dagen van de vakantie wat strubbelingen. Even loskomen van alle drukte, ineens bovenop elkaars lip zitten. Daar komen nu de hitte en het vreselijke appartement in Zuid-Frankrijk bij. Omdat we nog midden in het hoogseizoen zitten, is het aanbod aan vakantieadresjes niet erg groot. Daarbij komt, dat ik niet echt tijd had om nauwkeurig te zoeken. En dat betaalt zich direct uit: we verblijven voor ruim 100 euro per nacht in een voormalige garage zonder ventilatie met 35°. De verhuurster is een draak van een vrouw, alleen belust op geld en negeert ons volkomen, sinds wij haar om servies hebben gevraagd. In de beschrijving van haar ‘luxe’ appartement, was een vaatwasser opgenomen. Die laatste is niet aanwezig omdat er ook geen bestek, kopjes, glazen zijn. Logisch. Wel een ijskast, maar wat we daarmee moeten? Glazen zijn fijn als je een glas water wil pakken of een wijntje.

Moe van het gezeur in Nederland, besluiten we er maar het beste van te maken. We zijn immers toch de hele dag buiten. Wel kopen we een nieuw dekbed, onderlaken, waterkoker en glazen. Alles nieuw en fris. Poetsen is namelijk ook niet besteed aan onze verhuurster. Chienny en ik zetten de knop om en genieten van de lekkere stranden in de buurt. Over een paar dagen gaan we richting Marseille, waar we afsluiten met het bezoeken van onze vrienden.

Op de derde ochtend komt Chienny opgewonden terug met het stokbrood en de reuze-croissant, die hij iedere dag naar binnen werkt. “Bericht van Justus!”, gilt hij al van verre.

Justus heeft een stuk uit de krant van die dag aan Chienny doorgestuurd. Met vette kop staat er: “Wijze Leider Snaky afgetreden. Door alles wat er de afgelopen maanden gebeurd is, ben ik tot de conclusie gekomen dat mijn kwaliteiten elders beter tot hun recht komen”, aldus Snaky.

Mijn mond valt open van verbazing. Snaky? Die door de Volksbeschermers van Teut-city in juni nog werd ‘vergeven’ voor zijn onterecht gevoerde doctorandustitel? Die gewoon doorging op de oude weg na dit ‘akkefietje’, en de volledig in de soep gelopen molenaffaire in Teut-city? Opper Wijze Leider Babbel gaf in het stuk aan, ook verrast te zijn door het ontslag van Snaky.

“Wat is hier werkelijk aan de hand?”, vragen Chienny en ik ons direct af. Hier klopt iets niet. Snaky, die alles op alles had gezet om aan te kunnen blijven, vertrekt nu hals over kop. Kwam het door de klachten die wij tegen hem en de Volksbeschermers hadden ingediend? Door de vragen die bij Gewest Zuid lagen te broeien?  Waarom nu? Hier zit een luchtje aan. Het zoveelste. Weer besteden Chienny en ik een ochtend aan geklets over de windturbines, maar dan is het klaar. We hebben nog maar even vakantie, dus verbod op molenpraat. Genieten is het motto, want de dagen vliegen voorbij en Lage Landia roept alweer bijna.

Frannie Frotter©

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.